Meesterlijke rondleidingen langs keizerlijke voorwerpen
Een paar jaar geleden was ik op bezoek bij Kasteel Amerongen tijdens een opening. Er was toen recent veel restauratiewerk verricht, waarbij ook veel nalatenschap van het verblijf van de Duitse keizer beter zichtbaar en beleefbaar gemaakt werd. De rondleiding was toen tamelijk klassiek te noemen: de rondleider vertelt en de bezoeker luistert. Er is dan ook veel te vertellen en te duiden. Lastig aan een kasteel met veel kwetsbare spullen en weinig ruimte is dat het bezoekers niet zomaar in staat stelt vrijelijk rond te lopen en zich er een keizer te wanen of mooier nog: zich te verbazen over de samenhang met huidige macht, privileges en rijkdom, of over de Europese connecties en al dan niet verstrengelde belangen. Mogelijk brengt de nieuwe rondleiding, die op 3 juni 2018 van start gegaan is, daar enige verandering in.
Rondleiden is een vak
Mochten de rondleiders van Kasteel Amerongen moeite hebben binnen de beperkte mogelijkheden andersoortige rondleidingen te ontwerpen, kan ik ze van harte de publicatie Rondleiden is een vak (pdf) van Mark Schep aanbevelen, dat in 2017 verscheen. In dit boek zijn de uitkomsten van het gelijknamige promotieonderzoek gebundeld. Volgens Mark Schep, in een artikel bij NRC, is het tijd voor de rondleider 2.0, die eerder “facilitator” en een „mediator” is dan een “alwetende kennisbank”. Door goed te luisteren naar vragen, interesses en input van de bezoekers kan een persoonlijke connectie tussen de groep en de kunstwerken en bijbehorende verhalen gelegd worden. Mark Schep: “Je stelt vragen natuurlijk, maar het gaat erom wat je met de antwoorden doet. De inbreng van de groep moet centraal staan.”
Volgens een dynamische erfgoed benadering gaat het ook bij een rondleiding niet per se om historische gegevens an sich. Zoals Willem Frijhoff in zijn afscheidsrede (2007, pdf) een onderscheid maakt tussen “de verteller, de betweter en de vragensteller; oftewel de mooieboekenschrijver, de criticus en de inquisiteur.” Veelal vallen rondleiders nog in een gemengde categorie, die van de vertellende betweter. Aan enthousiasme en feitenkennis geen gebrek, maar bijvoorbeeld meerstemmigheid, onderzoekend leren of verschuivende perspectieven en verhalende gelaagdheid komen er zelden in voor.
Frijhoff zegt daar verder over: “Cultureel erfgoed valt niet samen met wat in het verleden zelf belangrijk werd gevonden, of met een getrouwe reconstructie van het verleden, hoe belangrijk ook, als basis voor de toe-eigening van dat verleden, maar wordt bepaald door ieders visie op een verleden dat als zinvol voor de toekomst wordt gezien. Erfgoed is cultuur van en voor de toekomst.”
Het doel is dus niet primair de informatie te verstrekken over wat toen gebeurde, noch de nostalgische sensatie die dat mogelijkerwijs teweeg brengt. Dat zijn middelen om dat andere proces op gang te brengen, waarin connecties gemaakt worden, waarin gerefereerd wordt aan wat de bezoeker zelf mee- en inbrengt. Het wordt dan pas relevant als die historische gegevens iets doen met wat nu gebeurt en daar context aan bieden. Kortom, erfgoed als proces waarin we samen huidige maatschappelijke vraagstukken duiden.
Het boek is een gezamenlijk initiatief van de Universiteit Amsterdam, het Rijksmuseum Amsterdam, het Stedelijk Museum Amsterdam en het Van Gogh Museum, ondersteund door Fonds 21 en het Mondriaan Fonds.
Een eerste onderzoek bracht kennis voort over wat de mogelijke leeruitkomsten van zijn van een educatieve rondleiding in kunstmuseum en historisch museum. Een bijbehorend artikel verscheen in 2015 in Cultuur+Educatie 42. Een vervolgstudie (zie het bijbehorend artikel in Museum Management and Curatorship) leverde een lijst met competenties van rondleiders, onder te verdelen in 4 hoofdcategorieën: Omgang met de groep en de omgeving, Communicatieve vaardigheden, Kennis en didactiek, en Professionalisme.
Maar hoe zit dat nu met die keizer?
Kasteel Amerongen was in 1918 even het middelpunt van Europa, misschien wel van de wereld. Op 11 november van dat jaar, de dag dat de wapenstilstand werd gesloten en de 1e Wereldoorlog eindigde, arriveerde de gevluchte Duitse Keizer Wilhelm op Kasteel Amerongen. Op verzoek van de Nederlandse regering gaf Graaf van Aldenburg Bentinck hem onderdak. Aanvankelijk zou Wilhelm drie dagen blijven, maar uiteindelijk bleef hij 18 maanden. Het dagelijks leven op Kasteel Amerongen, dat hermetisch werd afgesloten van de buitenwereld, werd vervolgens in hoge mate bepaald door de aanwezigheid van de keizer.
Leefde die keizer een beetje voornaam daar in Amerongen?
Op Kasteel Amerongen is nu 100 jaar later de nieuwe tentoonstelling en themarondleiding Help, de Keizer komt! van start gegaan. Kasteel Amerongen staat t/m 2 december 2018 uitvoerig stil bij deze historische periode. De rijk versierde vertrekken in het kasteel zijn weer ingericht als toentertijd. In de keukens staan de vele gerechten klaar voor het diner met de keizer en zijn staf en het keizerlijk servies schittert weer in de eetkamer. De menukaarten, brieven, historische documenten, kranten en foto’s van toen geven
een inkijkje in het dagelijks leven. Niet alleen in het kasteel maar ook in de
tuin zullen de sporen van het verblijf van keizer zichtbaar zijn. Help, de keizer komt! neemt de bezoeker zo mee naar de roerige periode rond het verblijf van de Duitse keizer Wilhelm II.
Praktische informatie
-
- Rondleiding en thematentoonstelling: 3 juni tot en met 2 december 2018
- Openingstijden: april t/m oktober, dinsdag t/m zondag van 11.00u tot
17.00u (rondleidingen om 12.00u, 13.00u, 14.00u, 15.00u en 16.00u). - November t/m maart, donderdag t/m zondag van 11.30u tot 16.00u
(rondleidingen om 12.00u, 13.00u, 14.00u en 15.00u). - Entree: normale toegangstarief is van kracht. Museumkaart is geldig.
- Toegankelijkheid en bereikbaarheid: Kasteel Amerongen is
bereikbaar met Bus 50 (Wageningen – Utrecht). Uitstappen bij halte
‘Amerongen Dorp’, waarna 10 minuten lopen naar het kasteel. Er is
parkeergelegenheid bij het kasteel voor zowel auto’s als fietsen. Het
kasteel is helaas niet toegankelijk voor mindervaliden.