Raad voor Cultuur: meer netwerken van culturele instellingen
In het advies ‘Netwerken van betekenis. Netwerken in digitale cultuur en media’, dat afgelopen vrijdag aan Stas OCW is aangeboden, spreekt de Raad voor Cultuur zich uit over het te voeren beleid op het terrein van de digitale cultuur (en) media. Dit advies, te downloaden via de website van de Raad (pdf), is de opvolger van het in 2003 verschenen advies eCultuur van i naar e. Advies over de digitalisering van cultuur en de implicaties voor cultuurbeleid uit 2003.
Het advies haakt in op de netwerkcultuur die de afgelopen jaren is gegroeid, mede onder invloed van toegenomen mogelijkheden van en interesse voor sociale media. Het is ook een logisch gevolg van de toegenomen digitalisering: tal van collecties zijn online ontsloten, maar wat betekent dat voor de dwarsverbanden die nu mogelijk zijn tussen deze collecties, wat betekent dat voor de organisaties, de organisatiestructuur, verdienmodellen, werkprocessen en voor de mensen die zich daarmee bezighouden? En wat betekent dit voor de samenhang tussen identiteit en betekenis? Welke rollen kunnen erfgoedinstellingen daarbij innemen?
Inmiddels hebben we gemerkt dat het ook een impact heeft op werkprocessen en functies binnen erfgoedinstellingen die er op het eerste oog weinig mee van doen hebben, zoals conservering en restauratie; van oudsher tamelijk individuele en weinig digitale werkzaamheden. Maar ook daar doet de netwerksamenleving intrede. Het delen van kennis in online netwerken neemt echter nog geen grote vlucht. Het is vaak nog erg aanbodgericht, ook bij instituten als Getty en Smithsonian. Met Collectiewijzer (de nieuwe 2.0 versie) probeer ik namens het ICN tot zo’n netwerk, een gemeenschappelijk terrein voor onderzoek, expertise en ervaring te komen.
Ik stelde onlangs een vraag op twitter aan Nancy Proctor, Head of New Media bij het Smithsonian American Art Museum, en Richard McCoy, conservator of art in Indianapolis: “Do you know of web 2.0 initiatives where curators and conservators exchange knowledge and experience?” De eerst gaf aan het een goede vraag te vinden (en retweete de vraag), de tweede gaf @art21 als voorbeeld, waar het redelijk goed uitpakt. Volgens Richard McCoy is het helemaal niet moeilijk voor conservatoren om kennis te delen. Een stelling die ik graag zou onderschrijven. De realiteit valt, afgezien van enkele uitzonderingen, toch nog tegen en het advies van de Raad voor Cultuur is daar zeker van toepassing.
Het advies meldt dan ook: “Digitalisering vraagt om nieuwe strategieën van zowel culturele instellingen als de overheid. Culturele instellingen moeten vanuit hun specifieke identiteit en eigen kracht samenwerken. De overheid speelt hierbij een rol omdat zij de diversiteit en kwaliteit van het digitaal cultureel aanbod moet bevorderen.”
Beleid en onderzoek zullen dit innovatieve proces moeten ondersteunen. Maatschappelijke vernieuwing is een doorgaand proces. Volgens de Raad is het belangrijk dat er netwerken ontstaan van verschillende soorten culturele instellingen met het oog op samenwerking, samen nieuwe diensten en producten ontwikkelen, kennisdeling, betrekken van publiek bij contextualiseting en betekenisgeving. Samenwerking met organisaties uit andere sectoren om maatschappelijke vernieuwing (crossovers) te bewerkstelligen is ook van belang; om de transformatie te realiseren. Een subsidievoorwaarde zou kunnen zijn dat instellingen niet alleen kerntaken maar ook ‘netwerktaken’ (taken op het gebied van samenwerking) formuleren. Dit bevordert volgens de Raad de innovatiekracht van de culturele sector.
De Raad introduceert een raamwerk van drie typen cultureel onderzoek:
– vormonderzoek (experimenteren met nieuwe vormen en technologie)
– contextonderzoek (toepasbaarheid ervan binnen en buiten de cultuursector)
– transformatieonderzoek (duurzame verankering in de samenleving)
Een juiste balans en samenhang tussen deze drie soorten onderzoek is volgens de Raad kenmerkend voor een vitaal cultureel klimaat. Tot slot is de Raad van mening dat duurzame digitale toegang tot informatie moet worden gegarandeerd via regelgeving. Zo blijft met name informatie die met publieke financiering tot stand is gekomen beschikbaar in het publieke domein.
(Bronnen: ANP en Cultuur.nl)