San Cristóbal de las Casas
De vakantie is nu écht voorbij. De herfstvakantie is in aantocht en dus de hoogste tijd om de koffers maar weer eens in te pakken. Dit keer misschien voor het heerlijke stadje San Cristóbal de las Casas in Chiapas, Mexico.
Een gemoedelijke plaats met een gezellig cetrum en een, ondanks de vele historische gebouwen in het oude centrum, jonge uitstraling. San Cristóbal is een plek die vooral bij jongeren in het oog springt vanwege de levendige uitgaanscultuur. En ondanks de aanwezigheid van de Zapatistas is het er veilig genoeg. (Ik kon daar als blonde vrouw alleen zonder problemen tot diep in de nacht de stad in, voor Zuid-Amerikaanse begrippen best bijzonder.) Niet alleen de vele toeristen dragen hier aan bij, maar ook het feit dat veel inwoners tot laat in de avond op straat te vinden zijn. De een om nog wat bij te verdienen met wat marktwaar, de ander om het zojuist verdiende geld met het gehele gezin te besteden aan een ‘helado’ op het terras.
San Cristóbal de las Casas heeft een rijke cultuur en de indigious hebben hier het hoofd goed boven water weten te houden. Tradities en cultuurhistorische leefwijzen worden hier hoog gehouden. (Zo krijgt elk nieuw geboren kind nog steeds een dierennaam toegewezen; Jaguar is voor mannen een veel gebruikte.) De rijke cultuur zie je ook terug in de architectuur van de stad. Het historische centrum is absoluut al een bezienswaardighid op zich. Genietend van de historie met een groepje straatmuzikanten en drie dozijn swingende mexicanen om je heen zorgt al gauw voor een topverblijf.
Naast het historische centrum heeft San Cristóbal diverse musea waaronder Museo del Ambar de Chiapas, Museo de Trajes Regionales (Regionaal Klederdracht Museum), Museo de Culturas Populares (Popular Cultures Museum) en een Cafe Museo. Die laatste is toch wel een must, aangezien Chiapas gezien wordt als dé koffiestreek van de wereld.
Ook de natuur in Chiapas biedt voldoende vermaak om langer in San Cristóbal (of elders in de provincie) te verblijven. Lange wandelingen via de wisselende landschappen zijn hier goed te doen, ook voor de minder geoefende wandelaar. Wat je inder geval moet doen, op weg naar San Cristóbal, onderweg even stoppen voor een bezoekje aan Palenque. De oude Mayastad.
Voordat ik Palenque bezocht had ik de pyramides van onder andere Chitzen Itza al bezocht. En eerlijk is eerlijk, Palenque wist mij beter te boeien dan die eerste. Palenque is ruiger, ongerepter en daardoor lijkt deze authentieker. Wij weten dat dit niet het geval is, deze begroeiing is immers niet resterend uit de Mayatijd. Sterker nog dat was, volgens de onderzoekers aldaar, een belangrijke oorzaak van het verval van de Mayacultuur. Indrukwekkend is zondermeer de Tempel van de Inscripties. Deze piramide is ingewijd in 692. Een lange, hiërogliefentekst beschrijft het koningshuis van de stad en de daden van Pacal (de Mayakoning die regeerde tot 683). Achter een grote steen in de vloer leidt een lange gang met inwendige trap terug naar de tombe van de vergoddelijkte Pakal.
Een reis langs de Mayaruines is een absolute aanrader. Uiteraard vanwege de prachtige gebieden, indrukwekkende bouwstijlen en reliefdecoraties, maar vooral ook om meer van de Mayacultuur zelf te leren. Hier werd geleefd volgens wiskundige berekeningen en geheel toegwijd aan de planten en dieren rondom de mensen. Ga je naar een tempel, lees dan van tevoren goed in over het volk dat er leefde, dit maakt de beleving bij het historische erfgoed 1000 maal meer intens. Een gids is overigens vaak verplicht, wat het missen van je inleesboek een heel eind zal compenseren…
Meer info op Wikipedia, Fodors en Mexperience. Goede reis!